Lied van leven en nieuwe begin

Wat bijzonder! Een lied dat bijna gewoon een toonladder is. De melodie verbeeldt simpel het gaan naar boven, naar de hemel die boven is, en waarvandaan het licht komt. En ook een opstaan: steeds meer rechtop. Ook verbeeldt het wording van léven, dat hooggestemd is, en hoopvol.
Het past heel goed bij Kerst dat we net gevierd hebben. De geboorte, nieuw leven van Godswege hebben we verwelkomd.

De oorsprong van leven en licht
is God die zijn woord heeft gegeven
dat, niet te weerstaan, is gericht
op wording van licht en van leven.

De Kersttekst was: ‘In het begin was het Woord, het Woord was bij God, en het Woord was God. In het Woord was leven, en het leven was het licht voor de mensen.’ Johannes 1:1,4. En niet voor niks heeft Johannes, die deze woorden schreef, willen aansluiten bij de eerste van Genesis, die we horen in het tweede couplet.

Die woorden van leven en licht
heeft God in de vroegte gezongen.
Zijn lied was een scheppend gedicht,
zijn stem heeft het duister verdrongen.

Gods woorden als een lied. ‘Er moet licht komen’. En het was er. Wel vaker worden woorden waar wíj aan een lied denken voorafgegaan door de woorden: en zij sprak: zoals bij het Magnificat dat Maria zong (?) en ook bij dat van Hanna, en Simeon. Niet zo gek dat de dichter er een lied van maakt dat God zingt, als hij schept. Met weer die opgaande lijn, van de melodie. In het volgende couplet veel beelden: het tegendeel van licht is donker, de dood natuurlijk. En leven kan doorgaan, als het licht gezorgd heeft voor bloei: van de planten die mensen en dieren tot voedsel dienen.

Het duister, de macht van de dood,
verdween voor het licht dat God baarde;
het licht was zijn schepping tot brood,
de vrucht was het leven op aarde.

Natuurlijk staat dit lied in de rubriek Schepping: want als God het lied van hemel en aarde zingt, is er hoop voor mensen dat leven opnieuw mag beginnen.

Wij zingen een loflied voor Hem
die ons door de nacht zal bewaren,
want licht zal er zijn waar zijn stem
het lied zingt van hemel en aarde.

ds. Tineke van Lente-Griffioen